Gedachtenis Robert Redant *

 
Beste tante Maria, Hervé, André, familie, vrienden,

Verleden week stierf nonkel Robert, uw man, vader, onze nonkel, familielid, goede kennis, vriend. En daarom zijn we hier nu allemaal samen op zijn begrafenis. Men zegt zo dikwijls “ wanneer zien we elkaar nog eens?” en steevast klinkt dan het antwoord : “Op een begrafenis”.

En omdat we hier nu toch allemaal samen zijn, vele vele mensen, vele vele Redanten, hoe kan het ook anders, wil ik toch samen, ter ere van nonkel Robert, iets zeggen over onze nonkel Robert. Samen herinneringen ophalen over zijn leven en zijn vele werk, over wat hij voor ons allemaal heeft betekend. Is natuurlijk voor iedereen van ons verschillend, maar ik denk dat we samen wel een stuk dezelfde herinneringen hebben.

Men zegt dat als iemand sterft, een hele wereld verdwijnt. Dat is ook zo en dat doet pijn, daarom is het belangrijk dat wij die wereld, die wereld waarin nonkel Robert leefde op nieuw eens voor ogen halen, er even bij stilstaan om zo die wereld te bewaren en door te geven aan onze kinderen en kleinkinderen.

Ik heb een foto mee. Een foto van een foto. Jullie zullen hem zeker kennen. Een oude foto. Een belangrijke foto. Hoe ouder wij worden, hoe dierbaarder die foto. Twaalf personen: slechts nog één in leven nu: onze tante Irene. Elf mensen die verdwenen.

En vooraleer te komen tot nonkel Robert wil ik even stilstaan bij al die andere dierbaren.

De stamvader: Jozef Redant. Nooit heb ik hem persoonlijk gekend, maar zijn naam leeft verder. Niet alleen zijn familienaam in al de jongens (meisjes mogen hun naam niet doorgeven), maar ook in zijn voornaam. Mijn broer is een Jozef en zijn kleinkind is “Jefke”. Vijf generaties later. Hij was een intellectueel en verstandig man. Een ondernemer in kant. Haaltert was in die dagen beroemd om zijn kantproductie en –handel. Gestorven op 54 jaar. Veel te vroeg, achterlatend een gezin van tien kinderen. De vrouwen studeerden toen niet, hadden geen eigen inkomen. Geen kindergeld, geen sociale zekerheid, geen pensioen. Dat waren pas “arme mama’s met kindjes” Om eens na te denken over de huidige discussie van federalisering, regionalisering.

Meter Eugenie van Landuyt. Haar heb ik een beetje gekend. Mijn grootmoeder. De tijd dat grootmoeders oud waren, compleet in het zwart waren gekleed, stil zittend bij de Leuvense stoof. Nu zijn het zingende dames, nu zijn het “oma’s aan de top”. Zij stierf in 1960. Ik was toen 12 jaar. Herinner me iets van het verdriet van mijn vader. Maar hij zweeg en werkte voort. Over verdriet werd niet gepraat toen zeker niet met kinderen. Herinner me de zwarte kleren achteraf, de rouw. Had het voordeel dat mensen konden zien dat je verdriet had.

Nu is ook de laatste van hun zes zonen vertrokken naar die andere kant. Terug waar ook zij zijn, op hen wachten. Nonkel Robert, de ingetrouwde zoon, zoals dat noemde. De boer in het ouderlijk huis in de Borrekent, in de Dwarsstraat. Samen boer met mijn vader. Zoveel deden ze als broer én boer samen. Samenwerkende vennootschap enkel en alleen gebaseerd op broederliefde en respect. Delen de zelf aangekochte machines, helpen waar nodig. Nog steeds zie de pikdorser op het veld, de dorsmolen bij ons thuis dorsend het graan, de grote zware zakken graan dewelke vader, nonkel Robert en nog andere sterke mannen de trap op naar boven droegen. Hard labeur. Ik had medelijden met hen én bewondering. En wij als kinderen mochten, moesten meehelpen, alles zo vanzelfsprekend. Zo leren smaken, plukken de vruchten van onze arbeid, zorgen voor onszelf. Ben er hen nog altijd dankbaar voor. Niet rekenen op overheid of wat ook. Zelf, op eigen benen, eigen kracht. Red uzelven zo helpe u God. De slogan van vroeger, van de boerenbond. En de natuur, God’s mooie natuur.

Met deze mooie gedachten nemen we nu afscheid van onze nonkel Robert. Rust nu maar uit, je hebt hard genoeg gewerkt. De oogst voor uw gezin binnengehaald. Dank u voor alles. We vergeten u nooit.

* Denderhoutem 16/10/1920 - Denderhoutem 14/12/2007