Afscheidsgedicht reis Indonesië

 
Het Zuidstation, vrijdag 27/10

wat een weerzien
één kus, drie kussen of een hand
wég uit het koude belgenland.
Met de Thalys naar Parijs
het begin van een wondere reis.
Sleuren met valiezen
op de eerste vlieger een oorbel verliezen
op de tweede weeral warm eten
en dan 16 dagen puffen en zweten.
Een bloem als welkomsgroet
het eerste eten heel lekker goed
al smaakte de thee naar hooi en strooi
de vijver en de tuin waren tropisch mooi.
Na een gratis massagebeurt
waren we weer opgefleurd.
Indonesië, eenheid in verscheidenheid
daarom verdween onze EHSAL-eenheid
in een deel A en in een deel B
maar ook dat viel goed mee.
Daarna héél vroeg uit de veren
en voorzien van warme kleren
trokken we als dieven in de nacht
op zoek naar de praal en de pracht
van een ontwakende zon
die steeds hoger klom.
Op een klein plekje, honderden te samen
starend naar stoomspuwende vulkanen.
Ach, elke dag gaat de zon op
maar hier op deze hoge bergtop
kreeg bij elke fotoklik
de fotograaf in ons een kick.
Dan verder met de vier maal vier
o, wat een plezier
bij elke schok hevig gillen
een echte massage voor onze billen.
Toen, plots het dwaze ongeluk
Marc Andries zijn been brak stuk.
Een ongeluk komt nooit alleen
dus met elkeen om hem heen
viel Alain zomaar flauw.
Gelukkig was er zijn goede vrouw
en kwam echt waar
alles weer voor elkaar.

Aan de hotelingang keek elkeen in trance
naar de wegrijdende ambulance
want binnenin lag Marc met zijn gebroken been
gelukkig niet alleen.
Mireille en Marleen gingen mee,
helaas geen uitstapje naar zee.
Een operatie volgde snel
en lukte, gode zij dank, goed en wel.
In de stad van Sura en Baya
zong klein duimpje, zijnde gids oma
over de zee en de hemel zo blauw
over mijn gedachten zijn altijd bij jou.
Veilig voorzien van een bodyguard
liepen we over straat, staart aan staart
onze zakken vol geld
miljoenen en miljoenen welgeteld.
We bezochten een sigarettenfabriek
leerden alles over batik.
En weerom dienden we vroeg op te staan
om naar de volgende vlieger te gaan.
Vliegen blijft plezant
over zee en over land
want in geval van nood
wordt Guido onze extra piloot.
Klimmen tot boven op de Borobudur
is een hele zware toer
maar bij het aanraken van het Boeddha beeld
onder een zon zo heet
mag je wens doen
bijvoorbeeld geef me veel poen.
Met de bus langs steile wegen
en voor het eerst zagen we regen.
Het land van de Toraja-daken
konden we heel goed smaken.
Het Toroja-hotel
was prima sjiek en wel
maar toen verdween Christine haar valies
Ze werd helemaal niet vies
maar bleef rustig en kalm
en verdient hiervoor een gouden palm.
Ze kreeg hulp van iedereen
en verscheen nieuw gekleed van top tot teen.
We werden begrafenisspecialist
keurden elke lijkkist
bezochten vele graven.
Ikzelf werd bijna ook begraven
maar toen die bamboe viel zei ik niet” au-au”
neen, liever geen Tau-tau.
Overal zagen we vuurtje stook
met grijze vuile rook.
We hebben heel veel dingen gekocht
maar nog meer tempels bezocht
want komt men langs Vlaamse wegen,
u, Maria tegen
in Bali tot vervelens toe
bijna een tempel per Hindoe.
Is Java het land van de doden
Bali is het land van de goden
het land van de tempelapen
en airco een must om goed te slapen.
Bus B had voor Marc een liedje gemaakt
bus A wou niet onderdoen
dus onder leiding van gids Harry, een echte kapoen
leerden ze in de bus met de blauwe draperietjes
allerlei Indonesische liedjes
van lalala
en kakatua.
De laatste dag van deze reis
trokken we naar echt vakantieparadijs
hundred procent holiday
all in one day
varen tussen de mangrovebomen
stille waters vol diepe dromen
duiken, snorkelen en een glazen boot
waaronder gele, blauwe vissen klein en groot.

Zo, ik heb nu mijn beste zilver aangedaan
ons liedje is bijna gedaan
ons liedje is bijna uit
geen varken met een lange snuit
maar een witte buffel met een lange staart
die is zovéél meer waard.
En ik moet bekennen tot mijn spijt
er was niet veel vrije tijd
dus is mijn gedichtje niet lang
maar wees niet bang
je krijgt alles op papier
en dat met heel veel plezier.

Voor de mooie reis, dank u allemaal
en tot een volgende maal.
 
Bali, 9 november 2006