Mondmasker


Achter het mondmasker
verborgen mijn glimlach mijn verdriet
gedempt mijn stem
verwrongen mijn woorden
adem wordt damp
benevelend mijn brilglazen
wat binnen zit moet binnen blijven.
Te klein mijn oren
bril maskerkoordjes hoorapparaat.
Verboden gevaarlijk
de klinkende klapzoen
de warme lippen
de zachte huid.
Resten enkel mijn ogen
kijkend dieper intenser dan ooit
mijn haren
- snel nog naar de kapper -
enig sieraad dubbel mooi
een dikke vuist voorzichtig
of nieuw speels gek die elleboogstoot.
Doorheen de lucht onzichtbaar
het zich verspreidende virus
aanwezig afwezig
wij, blijvend verbonden

op welke wijze ook.