Tussen


Tussen man en bed
gewalst, geplet
van zwaartekracht ontdaan
laat ik me gaan
stijgend
hijgend
tuimelend
buitelend
in tuinen van begeren
naar steeds hoger sferen.

Spannende spieren
zwieren
mij als een god
naar 't hallucinerend genot
overschrijdend in wervelende euforie
de grenzen der magie
tot tijd verdwijnt
en ruimte verschijnt
in schitterende kletterende kleuren
en golvende geuren.
Tussen bed en man

gode zij dank, het kan.